Main page =....... https://museumbreskens.nl          E-mail Contact

Ruw in het taalgebruik, soms ook streng in het geloof maar altijd onafhankelijk

Dat is de juiste omschrijving van de Bressiaanse visser. Eigenschappen die hard nodig waren om het meedogenloze leven op zee aan te kunnen. De geschiedenis van de Breskens visserij gaat meer dan honderd jaar terug, dat boeiende verhaal wordt vertelt het visserijmuseum dat boven de vismijn gelegen is. Een paar verhaaltjes uit die tijd kan men hier lezen.   "Visschers van Heijst"  of  "Walvis voo de kaaije"

Het eerste Breskense visserschip werd in 1890 te Brugge(BE) geregistreerd als de BR. 1. In die tijd werd gebruik gemaakt zeilen (wind), roeiriemen (spierballen) en getij (Waterzeil) om zich voort te bewegen. Het was een hard bestaan en men was altijd overgeleverd aan de kracht van de elementen en weerberichten bestonden ook nog niet. De manier waarop ze hun netten handmatig moesten breien en boeten is beschreven. Hun "Nettenbrei" methoden wordt getoond aan de breitafel in het museum en zijn te oefenen voor bezoekers. Ook de "Vissersknopen" die ze gebruikten op hun botters en hoogaarzen zijn te oefenen voor bezoekers.

Zie ook "Banken en katsjoeien" voor onderhoud van het onderwaterschip en het tanen van de katoenen netten in een kookketel om bescherming te bieden tegen rotting. De manier waarop ze hun netten handmatig moesten breien en boeten is beschreven. Hun "Nettenbrei" methoden wordt getoond aan de breitafel in het museum en zijn te oefenen voor bezoekers. Ook de "Vissersknopen" die ze gebruikten op hun botters en hoogaarzen zijn te oefenen voor bezoekers. Zie ook "Banken en katsjoeien" voor onderhoud van het onderwaterschip en het tanen van de katoenen netten in een kookketel om bescherming te bieden tegen rotting.

De Bressiaanse visser / schilder Jaap Albregtse (1914-2011) heeft in zijn gesprekken 1924 Hornaotvissen en 1945 Erringtied, alsmede in zijn schilderijen weten vast te leggen hoe het er in de tijd aan toe ging, als klein jongetje van 10 jaar ging hij mee naar zee, op een hoogaars, met zijn grotere broers aan de roeiriemen, het was hard werken en afzien. Het lichte vistuig bestond uit, 2 kleine boomkorren die gooide 1 man overboord die al zeilend of d.m.v. het waterzeil voor het getij werden voortgetrokken en handmatig boven water werden gehaald. De vangst bestond voornamelijk uit garnalen, maar ook platvis werd wel meegevangen. Een aantal van zijn schilderijen, moment opname's uit de visserij-geschiedenis van Breskens, zijn te zien in het museum. Nog een verhaaltje van Rinus Clement over Sallepatters en mouwvreters mijn armen staan nog onder de littekens!

Jan van Haneghem vertelde over "Vissen... voortgestuwd worden door wind en water" . Na de eerste wereldoorlog ging men motoriseren, een prachtig voorbeeld van zo'n motor is te zien in het museum het is een kromhout 1 cylinder gloeikop motor met bouwjaar 1928 van 15 EPK met serie nr.254 De motor is besteld op 30-6-1928 door A van Bennekom te Giesendam en opgeleverd 18-7-1928 hij heeft in het schip de "NOOIT GEDACHT" gestaan.   Eigenaar was de heer L Verschoor uit Streefkerk . voor in die tijd een prachtig stuk techniek en het betekende een grote omwenteling in de visserij, men was niet langer meer afhankeljk van wind en getij, je kon dan gewoon tegen de wind en tij in varen dat was voor die tijd een ongekend voordeel, Net voor het begin van de 2e wereldoorlog was de kracht van zo'n scheepsmotor opgelopen tot 60 / 80 PK (2 cylinders).

Kort na de 2e wereldoorlog hadden de Bressiaanse vissers ook nog een andere bezigheid dan vis vangen, n.l. het z.g. "buitten". In de monding van de Westerschelde waren eind '44 begin '45 veel geallieerde schepen "Liberty's" die onderweg waren naar Antwerpen tot zinken gebracht door de Duitsers, die schepen zaten vol met de 1e levens behoeften...en hier was aan alles gebrek. De vissers mochten die schepen leeghalen op basis van een 50/50 deal met de overheid (bergings bedrijven bestonden toen nog niet.) Een verhaal van Henk van Haneghem over het "Buitten"

Maar er ontstonden betere mogelijkheden op zee, haring kwam in grote getale voor in de zuidelijke Noordzee en de "Bressiaanders" brachten samen met de Urkers / Texelaars scheepsladingen vol aan de wal, dat waren ongekend goede tijden. Bram Fenijn verteld zijn levens verhaal in de 70 tigger jaren "Soms was het bittere Erremoe" !!
Er werden nieuwe schepen gebouwd en voorzien van krachtige motoren van zo'n 300 PK halverwege de jaren 60. Vis opsporingsapperatuur en Decca plaatsbepaling systemen werden aangeschaft hetgeen de viskracht nog vergrootte. De eerste tekenen van overbevissing werden toen al zichtbaar, de haring verdween uit de zuidelijke Noordzee en daarmee ook de Urkers en Texelaars uit Breskens.

De Bressiaanse vissers schakelden over op garnalen / platvisvisserij met de boomkor maar dat vergde nog meer PK's, eind van de jaren 80 werden grote kotters (40m lengte) gebouwd met motoren van 3000/4000 PK, dat betekende dat de overbevissing (teveel aan viskracht) toenam en met visstand ging het de verkeerde kant op. Door de overheid (EEG) werden maatregelen genomen (visquota) (aantal vaardagen) om de visstand weer op peil te brengen. Ook het aantal PK's dat maximaal in een visserboot mag staan is aan banden gelegd (max. 2000 PK ) de weg naar betere visbestanden in de Noordzee lijkt hiermee ingezet te zijn.

Vandaag de dag (2013) komt de Breskensharing* die zich tijdens de zomermaanden Juni / Juli op de Doggersbank bevindt en daarna in Zuidelijke richting trekt om kuit te schieten van November / Januari in het Engels kanaal tussen Duinkerke en Fecamp, is weer in grote getale aanwezig tijdens de wintermaanden in de Zuidelijke Noordzee. Doordat de haring direct na aanvoer moet worden diepgevroren, is Breskens helaas niet meer aangewezen als aanvoerhaven, en gaat nu voornamelijk via de havens Vlissingen / Scheveningen / Oostende. De z.g. Breskens haring wordt nog maar door enkele schepen bevist in het najaar en aangeland in Vlissingen (en is weinig of niet rendabel door de lage prijzen).

* Breskensharing (NL benaming) wordt in het Internationale biologen circuit downsherring genoemd. (naar een groep zandbanken in Theemsmonding)

Sinds de grote vlootsanering in 2007.... (er werd -60% aan NL viskracht ingeleverd)... is een eind gekomen aan de overbevissing. De schol en tong de quota's zijn nu (2012) voor de eerste keer sinds jaren verruimd... hopende op een nog verdere verbetering van de visstand in de Noordzee. De uitbatings kosten van moderne schepen, die kampen met de steeds stijgende brandstofkosten drukken zwaar op het eindresultaat van 2012/13

Ook een grote handicap voor de Bressiaanse vissers momenteel is de instelling van Natura 2000 gebieden in de monding van de Westerschelde en Vlakte van de Raan tot 6 of 12 NM zeewaarts gerekend vanaf de lijn Westkapelle / Cadzand en de aanleg van 3 grote windmolenparken buiten de 12 mijls zone... hierdoor is het visgebied voor de visserij uit Breskens sterk ingekrompen Dit alles en nog meer visserij beperkende E.E.G. wetgeving uitgevoerd door de NL overheid, heeft ertoe geleid dat er nog maar 2 vaartuigen zijn met een BR nummer in Breskenshaven... tegen zo'n 40tal eind tachtiger jaren, het overgrote merendeel van de visserijbedrijven heeft om economische redenen het bedrijf moeten beeindigen. De algehele invoering van het sorteernet voor garnalen visserij wordt wel als gunstig beoordeeld.. hierdoor worden onderwater in het garnalennet zelf de garnalen en vis van elkaar gescheiden en kan kleinere ondermaatse vis blijven ontsnappen...deze techniek is geheel door de visserij zelf ontwikkeld.. zonder tussenkomst van overheid of onderzoekinstututen.

We schrijven inmiddels 2017... De NL overheid en ook in Brussel staan open voor meer ruimte om de pulskortechniek verder te ontwikkelen. Het gaat dankzij de grote brandstof besparingen die mogelijk zijn door de pulsvisserij beter met de grotere kotters, doch de kleinere schepen voor gemengde vangst van garnalen en platvis hebben het nog steeds moeilijk. Het wetgevend monster van de discardban heeft inmiddels zijn intrede gedaan, hoe kunnen ze zoiets verzinnen in Brussel??? voorheen was het zo dat je voor het aan boord hebben van kleine ondermaatse vis een dikke boete kreeg, nu met ingang van 2016 zijn wij verplicht om ondermaatse, soms nog levende vis aan boord te houden, te registreren en aan te landen voor vernietiging in de distructor?? hoe krom kan je het bedenken? die kleine vis wordt dan ook nog eens bij de vangstquota opgeteld... dit soort wetgeving veroorzaakt ook een verwijdering tussen de wetgever en de visserman en niet in de laatste plaats voor het kosten plaatje dat hieraan verbonden is (vervoer en vernietiging in de distructor moet door de aanvoerder worden betaald)    Het aantal BR schepen is helaas maar 2 in Breskens... het is voor de Breskense vissers vechten met de rug tegen de muur, met als tegenstander de natuur en milieu organisaties en ook de NL overheid + EEG. Breskens 2020 het aantal visserschepen met eem BR nr. is slechts 1 garnaalvisser de BR 29 van Robbie Verschelling, garnalen worden veelal op contract geleverd en hoeven ook niet over de afslag. Bovendien kunnen ze dan rechtstreeks naar de handel vervoerd worden per as het geen resulteert in enkele grote handelaren (multinatonaals) die de markt bepalen.

Viskotters hebben we ook niet meer in Breskens de visstand in de Zuidelijke Noordzee is minimaal. Waarschijnlijk mede een gevolg van de stijgende water temperatuur trekken Kabeljauw, Tong en Schol massaal weg naar de Noordelijke Noordzee. Wat we wel veel hebben zijn gote Windmolen parken die niet alleen veel plaats, innemen maar ook de zeebodem waarop ze staan vernietigen, een windmolenpark bevat onderwater een wirwar van kabels die allemaal diep ingegraven zijn in de zeebodem, dat is het nog niet allemaal ze worden ook nog afgedekt met stortsteen eveals rondom de poten van die windmolens om ontgronding door de zeestroming te voorkomen. Al met al heeft dat gehei voor de windmolens en het gegraaf voor die kabels in de bodem een sterk negatief effect op de traditionele platvissoorten tong en schol die hier tot voor enkele decennia massaal voorkwamen.

De Noordzee is overgenomen door Energie Multinatioals op voorspraak van de E.E.G.(eerst was het olie en gas en nu dus als laatste de windmolen parken) We zitten nu met 2 lege havens die over enkele jaren volgebouwd zullen zijn met luxe apartement gebouwen zoals de 3 Pharos gebouwen waar ze nu mee bezig zijn op de Westhavendam. Daarmee sluiten we dan de visserij geschiedenis van Breskens af. Ik ben er niet gelukkig mee, tegen het groot kapitaal leg je het altijd af, het is ongunstig voor de werk gegenheid in de vishandel en visserij, jammer maar het zij zo en tijd zal ons leren of het allemaal juiste beslissingen waren!


KLIK HIER "Alle Bressiaanse vissersverhalen op een rij"